woensdag 4 januari 2023

Rode kool met braadworst en zilvervliesrijst

 Cari Amici! 

 

Van Hans Jansens, clublid van het eerste uur vernam ik het trieste nieuws dat de Moto Morini Club Nederland & Omstreken gaat ophouden te bestaan.  

Aan de ene kant keek ik daarvan op, ik had 't idee dat de belangstelling voor klassieke Italiaanse motorfietsen nog immer groot was; een snelle blik op het internet leerde me dat de Ducati, Moto Guzzi en Laverda clubs in Nederland nog springlevend zijn. Het zal de vergrijzing wel zijn dat het Heilige Vuur bij ons Morinisti langzaam uitdooft? 

Hoe het ook zei, met het opheffen van de Moriniclub en dus ook het opdoeken van het clubblad verdwijnt ook het platform waar ik kond kan doen van mijn culinaire –ahum- escapades... 

Nou ja, laten we niet te lang treuren en een troostrijk maal gaan bereiden! 

 

Rode kool met braadworst en zilvervliesrijst 

 

  1. Halveer een rode kool en snij die aan zo dun mogelijke plakken. Trek die uit elkaar. 

  1. Fruit in een pan met een goeie dikke bodem een aan halve ringen gesneden ui, fruit ook een teentje knoflook mee. Neem een pan waar alles zo ongeveer precies in gaat passen 

  1. Als de ui glazig is doe je de rode kool daar bovenop. Druk goed aan! Giet een scheut rode wijnazijn erbij en sluit de pan. 

  1. Snij nu een appel, liefst een Goudreinette of anders een Elstar aan kleine stukjes, leg die boven op de rode kool, voeg een flinke schep appelstroop toe, dikke klont roomboter en kruid af met zout en zwarte peper. 

  1. Een borrelglaasje water voor de zekerheid, deksel op de pan, vuur laag en lekker zeker een uur laten stoven. 

Ondertussen gaan we een fles Barbera opentrekken en beginnen we met voorzichtig een glaasje. We nemen de oude jaargangen Maniaco di Morini door en pinken een traantje weg. Wat hadden we toch een leuk gevarieerd clubblaadje! Zeker de eerste jaargangen die nog met de prittstift, schaar en typex in elkaar geflanst waren. Waar blijft de tijd... 

Nu gaan we de verpakking van de zilvervliesrijst bestuderen want je hebt grofgezegd twee soorten: voorgekookte en niet voorgekookte. In de supermarkt verkopen ze eigenlijk altijd de voorgekookte, lekker makkelijk en snel: 8 minuten koken in ruim water, afgieten en nog 5 minuten laten staan in de pan met 't deksel erop. De ongekookte variant ken ik nog van vroeger, die moest je veel langer koken laten -logisch- ik weet niet of dat überhaupt nog in de schappen ligt. 

 

Als de kool gaar begint te worden, da's na ongeveer een uurtje schudden we de pan om zodat alle ingrediënten zich gaan mengen gaan en gaan we de rijst klaarmaken en we ons op de worsten werpen. Neem varkensbraadworst, die zijn veel lekkerder dan runderbraadworst. 

Braad die zachtjes rondom bruin in wat boter, prik niet in de worst anders loopt 't vet eruit en worden ze droog van binnen. Giet een ferme scheut van de Barbera bij de worst, sluit de pan en zet 't vuur laag. Die kunnen langzaam garen terwijl de rijst gaargekookt wordt. 

 

Dek de tafel, zet de wijn op tafel en ook de pannen. Schep ruim op! Rode kool is supergezond, lekker veel vezels en op deze manier klaargemaakt verslavend lekker! 

Drink de fles wijn op en schroom niet om een tweede open te maken: Je leeft maar één keer en je ziet, het kan allemaal zomaar over zijn dus geniet ervan zolang het kan. 

 

The Left Overs: 

 

Natuurlijk kan je met z'n tweetjes niet een hele halve rode kool in één keer opeten. Hoeft ook niet want dag twee komt eraan: 

 

  1. Neem een koekepan, maak die heet en smelt daar een royale klont boter in. 

  1. Schep de overgebleven rijst door de rest van de kool, meng goed en doe dat in de koekepan zó dat er in 't midden een kale plek overblijft. 

  1. Breek daar twee eieren in, liefst zo dat de dooier intact blijft. 

  1. Bak het geheel maar let op dat de dooier vloeibaar blijft, doe wat zout op de eieren 

 

Dien op en serveer er een lekkere vette Chinon Loirewijn bij, niet te koud! 

 

Eigenlijk is het gerecht dag twee 't lekkerst, het is maar dat u het weet. 

 

Het was me een eer u al die jaren te mogen dienen. Buonappetito, Dirk Kampstra, kok. 

maandag 9 september 2019

Gehaktballen

Cari Amici!

En, hoe staat ‘t met de crisis, wil ‘t al een beetje wennen? Nou, hier hebben we nergens last van. Alle dagen eten op tafel, een glas wijn, genoeg afleiding op de buis of op ‘t internet, wat wil een mens nog meer!
Op vacantie gaan we niet, nergens voor nodig, we hebben alles in ‘t buitenland al gezien, nu is Nederland aan de beurt.
Als ‘t knap weer is pakken we ‘s middags, als de ergste hitte er van af is en ‘t strand al weer een beetje aan ‘t leeglopen is de trein naar Zandvoort. Niks geen last van files, gewapend met een thermosfles gekoelde wijn, tupperware vol hapjes, een stuk paardenworst en brood gaan we heerlijk low budget genieten van de zonsondergang.
En als ‘t wat minder knap is dan blijven we thuis en gaan we lekker kokkerellen!

Aan de hand van de groente en fuitkalender (http://www.milieucentraal.nl/Domeinen/Algemeen/Files/HTML/groentefruitkalender.html) kiezen we lukraak wat ingredienten uit die zich in klimaatklasse A of B bevinden. Altijd wel wat lekkers te vinden: Bloemkool, broccoli, artisjok, je kunt ‘t zo gek niet bedenken of ‘t is er wel. Niet alleen beperken we de keuze tot de bovenstaande klassen omdat ‘t zo goed voor ‘t milieu is, maar ook omdat die ‘t goedkoopst is + ‘t smakelijkste op dat moment. Win win ahw!
Als primo piatto maken we bijvoorbeeld spaghetti met geroerbakte courgettes. Altijd lekker en makkelijk te maken: Kook de spaghetti in een pan water waar je een sauteerpan o.i.d bovenop zet; kan die alvast heet worden. Als de pasta met moeit is door te bijten roerbakken we de aan dunne schijfjes gesneden –gaat heel goed met een kaasschaaf- courgette in olijfolie. Tegen de tijd dat de spaghetti al dente is is de courgette glazig en kunnen we de pasta afgieten. Die kiepen we zo snel mogelijk mèt ‘t zetmeelrijke aanhangende water in de sauteerpan met de courgette. Effe omschudden, scheut eerste klas olijfolie eroverheen + grofgemalen gedroogde spaanse peper en smullen maar!

Hoewel ik geen enkel probleem heb om de maaltijd vegetarisch te houden is af en toe een stukkie vlees best lekker. Maar vlees is aan de prijs, en zo hoort ‘t ook want als je erbij stilstaat wat ‘t kost vóór die kilo biefstuk in de winkel ligt…… Daarom kopen we gehakt. Half om half want dat is de goedkoopste variant en tegelijkertijd een van de lekkerste.
Omdat we graag een sappige bal gehakt willen eten die naar vlees smaakt en niet naar 1001 kruiden en andere smaakjes maken we de gehaktballen op traditionele wijze:
Meng 400 gram HoH gehakt met 60 gram paneermeel, 150 (!)cc. melk, 1 ei en zwarte peper en zout naar smaak.
Dit is genoeg voor 8 ballen.. Braad ze aan in een mengsel van olijfolie en margarine. Als de ballen bruin zijn giet dan een half kopje water in de braadpan, deksel erop en 20 min. zachtjes laten stoven. 
Onwijs lekker met geroerbakte paksoi of witlof.
Het zal even wennen zijn die 150 cc melk want dat maakt de ballenproductie er niet makkelijker op maar als je ze eenmaal geproefd hebt dan wil je nooit meer andere ballen!
Mochten de eieren op zijn dan geen man overboord: zonder ‘t ei lukt ‘t ook.

Deze ballen blijven wel enige dagen goed en da’s maar goed ook want we gaan de volgende dag iets met ‘t vet en de vleesjus doen…..
Als de pan is afgekoeld dan stolt ‘t vet mooi bovenop de vleesjus. De volgende dag scheppen we wat van dat vet van de jus af en gebruiken dat om een fijngehakte ui, ‘n stuk fijngesneden wortel en  bleekselderij aan te gaan zetten. Jullie raden het al: hier is een soep of risotto in de maak!
Ja hoor, als de groenten zijn aangezet gieten we voorzichtig de jus onder het vet vandaan bij de groenten, vullen de rest van de pan met water, voegen zout naar smaak toe en brengen ‘t geheel langzaam aan de kook: Een perfecte vleesbouillon! Dè ideale basis voor een romige risotto met peultjes of een heerlijke groentensoep.
De overgebleven gehaktballen eten we op als broodbeleg (superlekker) of serveren we warm  bij de volgende maaltijd: twee minuten in de magnetron op vol gas is genoeg.

Wat drinken we erbij?

Heeeeel voorzichtig kan je hier & daar kennismaken met ‘t nieuwst fenomeen uit de Wondere Wereld die Wijn heet: de Bag in Box. 5 liter doosjes met een kraantje en een zak in binnen. Je schenkt een glas uit en de wijnzak wordt langzaak kleiner; er komt geen lucht binnen dus de wijn blijft zeker een maand goed…..
Jammer genoeg zijn de meeste BiB’s gevuld met derderangs tafelwijn maar bij wijnhandel Vleck in Amsterdam  proefde ik al een zeer genietbare. Ik geloof €22,- voor 5 l. komt overeen met effe ruim 3,50 euro de fles!

Crisis? Hoezo crisis?



Buon appetito, Dirk Kampstra, kok.

Cake light

Cake light……. 

Vandaag een cake gebakken. Altijd lekker!

Van de moeder van een collega kreeg ik eens een Phillips keukenmachine. Eentje uit de jaren 70. Van plastic.  Zo’n ding waar een beetje culi zijn neus voor ophaald: Die kan nl. alleen excellereren met een rvs Kenwood of liever nog een Kitchenaid van honderden euro’s.
Maar de Phillips presteert echt goed genoeg; hij klopt, hij kneedt, je kan er een blender opzetten en een schijf om wortellen mee te raspen. Bovendien wassie gratis. Voor deze jongen dus voorlopig effe niks anders.
Gemak dient de mens tenslotte, en een cake bakken –roerdeeg- is zonder machine een vervelend werkje want ‘t roeren van de eieren met de suiker duurt best wel lang.
Wat ook vervelend is, is bakvormen invetten. Daar houd ik niet van en gelukkig hoeft dat ook niet meer want al weer een paar jaar zijn er bakvormen van siliconen in de handel. Deze flexibele vormen zijn er in de wildste kleuren en kunnen temperaturen tot ruim 200 graden aan. ‘t Gebak bakt nooit aan en ‘t schoonmaken is echt een fluitje van een cent. 
Ook ideaal voor soufflé’s, gebakken piepers en gebraden kip. 
Kopen dus als je ze nog niet hebt; ze zijn echt niet duur en ze gaan ook nog ‘s heel lang mee! 

Bij gebak dien je je aan ‘t recept te houden anders mislukt ‘t gegarandeerd. Deze cake zal zekers te weten lukken omdat we de ingredienten niet gaan afwegen op een weegschaal maar met een (yoghurt)bekertje van 125 cc oftewel 1/8 l. 
1Bekertje = 1 deel.

We mixen 1 1/2 deel suiker met 3 verse eieren. Ongeveer 10 minuten op stand 2. Voeg ook een mespuntje zout toe en een mespuntje gedroogde gemalen spaanse peper.
Ondertussen mengen we 3 delen (gezeefd volkoren) meel met 1 theelepel bakpoeder goed door elkaar.
Dan gieten we langzaam 1 deel olijfolie (!) door de suiker/ ei massa, daarna 1 deel yoghurt.
Als we nu een homogeen mengsel hebben zetten we de mixer uit en zeven ‘t meel boven de beslagkom. ‘t Meel scheppen we met een houten lepel door ‘t beslag.
Nu gieten we ‘t beslag in de siliconen bakvorm en bakken de cake in 45 minuten in een matig warme oven.

Als de cake na ‘t bakken flink is gerezen maar bij ‘t afkoelen in de oven instort heb je de oven te heet gezet. Vroeger bakte ik deze cake altijd in een wonderpan op een vlam ter grootte van een erwt, maar sinds ik een nieuw gasstel heb met hoog rendement branders werkt de wonderpan niet mee. Dus moet ik nu de oven gebruiken en ‘t bleek na heel wat geexperimenteer dat ik deze electrische oven vooral niet moet voorverwarmen en de thermostaat op 150 graden dien te zetten.
Op zich is dat vreemd want in iedere handleiding staat dat je de oven moet voorverwarmen en cakes moet bakken op 175 graden. Maar ala, we zijn eruit: Lang leve ‘t internet voor de gouden tip! 

Zie bovenstaand recept als een basis. Want je kan er een appel cake van maken door stukken goudreinette mee te bakken. Je kan vanille, krenten, stukken gember, gehakte noten of bittere chocola etc etc. toevoegen, je kunt ‘t zo gek niet bedenken. 


En net als bij alle andere cakes: The Day After is ze nog veel lekkerder.